by Guido (Pieter Theodoor Jozef) Gezelle (1830 - 1899)
Wintermuggen See original
Language: Dutch (Nederlands)
De wintermuggen zijn aan 't dansen, ommentomme, zoo wit als muldersmeel, zoo wit als molkenblomme. Ze varen hooge, in 't vloe; ze dalen diepe, in de ebbe; ze weven, heen en weêr, hun' witte winterwebbe. Hun' winterwebbe zal, dat lijnwaad zonder vlekken, den zuiverlijken schoot van moeder Aarde dekken. Ze ligt in heuren slaap, ze droomt den schuldeloozen, den maagdelijken droom van nieuwe lenteroozen. Ze ligt in heuren slaap, ze droomt den wonderbaren, den liefelijken droom van 's zomers harpenaren. Ze ligt in heuren droom, ze droomt van overvloed en van voorspoed overal, om vee te volk en voeden. 'n Wekt ze niet, 'n laat heur geen geruchte dwingen, om, al te schier ontwekt, uit heuren slaap te springen! Daar ligt ze nu en rust: heur zwijgend beddelaken, de wintermuggen spree'n 't, die geen geruchte en maken. Ze draaien op en af en af en op en omme, zoo wit als melk, als meel, als molke en runselblomme.
Spelling changes used by Dejoncker: ommentomme -> ommetomme; zuiverlijken -> zuiverlijke ; lenteroozen -> lenterozen
Researcher for this text: Emily Ezust [Administrator]
Composition:
- Set to music by Theo Dejoncker (1894 - 1964), "Wintermuggen" [ voice and piano ]
Text Authorship:
- by Guido (Pieter Theodoor Jozef) Gezelle (1830 - 1899), "Winter muggen", written 1896
See other settings of this text.
Researcher for this text: Emily Ezust [Administrator]
This text was added to the website: 2012-09-23
Line count: 36
Word count: 158