LiederNet logo

CONTENTS

×
  • Home | Introduction
  • Composers (20,026)
  • Text Authors (19,309)
  • Go to a Random Text
  • What’s New
  • A Small Tour
  • FAQ & Links
  • Donors
  • DONATE

UTILITIES

  • Search Everything
  • Search by Surname
  • Search by Title or First Line
  • Search by Year
  • Search by Collection

CREDITS

  • Emily Ezust
  • Contributors (1,112)
  • Contact Information
  • Bibliography

  • Copyright Statement
  • Privacy Policy

Follow us on Facebook

by Guido (Pieter Theodoor Jozef) Gezelle (1830 - 1899)

Geluwgroene legerscharen
Language: Dutch (Nederlands) 
Geluwgroene legerscharen,
honderdduizend, waar vandaan
zijt gij, vastgevoette blâren,
komen op de boomen staan?
 
Nauwlijks heeft twee lentezonnen
's werelds blijde onthaal begroet,
of ... wie zal 't getellen konnen,
't leger dat gij porren doet?
 
Werkzaam, onder 't machtig streelen
van des morgens windgeweld,
op de berken, op de abeelen
zie 'k u, in 't gelid gesteld.
 
't Ruischt alom vol zware talen,
't ruischt alom; en 't krijgsgebaar,
stortende in de diepe dalen,
dooft alle andere stemmen daar.
 
Waar vandaan zijt, al in 't blijde
doek gekleed, gij krijgeren dan?
Wie, die zulk een wereldwijde
legervastheid voeden kan?
 
Zijt ge uit louter locht gesteven,
zijt gij zonnenstralen teer,
schielijk en van licht geweven,
duizendwendig bladerenheer?
 
Zijt gij 't bloed en 't merg der boomen,
't boomzijn zelve, of anders iet
onbekend, dat uit wil stroomen,
al zoo zaan 't de zonne ziet?

Zijt gij ... Uwe ontelbaarheden
staan het stormend volk gelijk,
strijdbaar in 't bezit getreden
van des Winters koninkrijk!
 
Nutloos, in zijn' zware ellenden,
heeft het land om hulp gewacht:
komt en stoort des vijands benden,
velt hem voor uw' legermacht.
 
Breekt zijn' bergsteê, slaat zijn' ridderen,
scheurt zijn' vanen; roept en tiert,
dat de verste velden zidderen
van 't geruchte: zegeviert!
 
Vluchten moet hij weg; verwonnen,
wapenloos en wepel, gaan
zitten waar, in 't ijs geronnen,
onbewoond, zijn' steden staan.
 
Ruischt dan maar, gij legerscharen;
zingt en trommelt overluid,
zegevolle zomerblâren:
morgen is de winter uit!

About the headline (FAQ)

Text Authorship:

  • by Guido (Pieter Theodoor Jozef) Gezelle (1830 - 1899), no title, written 1893 [author's text checked 1 time against a primary source]

Musical settings (art songs, Lieder, mélodies, (etc.), choral pieces, and other vocal works set to this text), listed by composer (not necessarily exhaustive):

  • by Israel Jacques Olman (1883 - 1968), "'t Ruischt alom" [ four-part mixed chorus a cappella ] [sung text not yet checked]

Researcher for this text: Emily Ezust [Administrator]

This text was added to the website: 2012-11-05
Line count: 48
Word count: 239

Gentle Reminder

This website began in 1995 as a personal project by Emily Ezust, who has been working on it full-time without a salary since 2008. Our research has never had any government or institutional funding, so if you found the information here useful, please consider making a donation. Your help is greatly appreciated!
–Emily Ezust, Founder

Donate

We use cookies for internal analytics and to earn much-needed advertising revenue. (Did you know you can help support us by turning off ad-blockers?) To learn more, see our Privacy Policy. To learn how to opt out of cookies, please visit this site.

I acknowledge the use of cookies

Contact
Copyright
Privacy

Copyright © 2025 The LiederNet Archive

Site redesign by Shawn Thuris