Dutch (Nederlands) translations of Drei leichte Terzetten für drei Frauenstimmen mit Begleitung des Pianoforte, opus 145
by Franz Paul Lachner (1803 - 1890)
Der Sonntag ist gekommen, Ein Sträußchen auf dem Hut; Sein Aug ist mild und heiter, Er meint's mit allen gut. Er steiget auf die Berge, Er wandelt durch das Tal, Er ladet zum Gebete Die Menschen allzumal. Und wie in schönen Kleidern Nun pranget jung und alt, Hat er für sie geschmücket Die Flur und auch den Wald. Und wie er allen Freude Und Frieden bringt und Ruh, So ruf auch du nun jedem "Gott grüß dich" freundlich zu.
Text Authorship:
- by August Heinrich Hoffmann von Fallersleben (1798 - 1874), "Sonntag", written 1835, appears in Kinderlieder
See other settings of this text.
De zondag is gekomen, Een bloempje op de hoed; Zijn blik is mild en monter, Met allen meent hij 't goed. Hij klimt op in de bergen, Hij wandelt door het dal, Hij vraagt te komen bidden De mensen overal. En daar in mooie kleren Nu rondloopt jong en oud, Heeft hij voor hen versierd ook De beemden en het woud. En daar hij allen vreugde En rust en vrede brengt, Is 't goed dat jouw 'God groet je' Eenieder 'tzelfde schenkt.
Text Authorship:
- Singable translation from German (Deutsch) to Dutch (Nederlands) copyright © 2013 by Lau Kanen, (re)printed on this website with kind permission. To reprint and distribute this author's work for concert programs, CD booklets, etc., please ask the copyright-holder(s) directly.
Lau Kanen.  Contact: boudewijnkanen (AT) gmail (DOT) com
If the copyright-holder(s) are unreachable for three business days, please write to: licenses@email.lieder.example.net
Based on:
- a text in German (Deutsch) by August Heinrich Hoffmann von Fallersleben (1798 - 1874), "Sonntag", written 1835, appears in Kinderlieder
Go to the general single-text view
Note: this is singable for Schumann's setting.This text was added to the website: 2013-05-15
Line count: 16
Word count: 82
Du lieblicher Stern, Du leuchtest so fern, Doch hab ich dich denoch Von Herzen so gern. Wie lieb ich doch dich So herzinniglich! Dein funkelndes Äuglein Blickt immer auf mich. So blick ich nach dir, Sei's dort oder hier: Dein freundliches Äuglein Steht immer vor mir. Wie nickst du mir zu In fröhlicher Ruh! O liebliches Sternlein, O wär ich wie du!
Text Authorship:
- by August Heinrich Hoffmann von Fallersleben (1798 - 1874), "Der Abendstern", written 1835, appears in Kinderlieder
See other settings of this text.
Jij lieflijke ster, Jij schijnt van zo ver, Toch ben in mijn hart jij Wel erg populair. Mijn lieverd ben jij, Mijn hartsslavernij! Jouw fonkelend oogje Kijkt altijd naar mij. Wat 'k steeds zoek ben jij, In elke contrei! Jouw vriendelijk oogje Zie 'k altijd voor mij. Hoe knik je naar mij, Zo rustig, zo blij! O sterretje lieflijk, O, was ik als jij!
Text Authorship:
- Singable translation from German (Deutsch) to Dutch (Nederlands) copyright © 2013 by Lau Kanen, (re)printed on this website with kind permission. To reprint and distribute this author's work for concert programs, CD booklets, etc., please ask the copyright-holder(s) directly.
Lau Kanen.  Contact: boudewijnkanen (AT) gmail (DOT) com
If the copyright-holder(s) are unreachable for three business days, please write to: licenses@email.lieder.example.net
Based on:
- a text in German (Deutsch) by August Heinrich Hoffmann von Fallersleben (1798 - 1874), "Der Abendstern", written 1835, appears in Kinderlieder
Go to the general single-text view
This text was added to the website: 2013-05-15
Line count: 16
Word count: 64
Gelassen stieg die Nacht an's Land, Lehnt träumend an der Berge Wand, Ihr Auge sieht die goldne Wage nun Der Zeit in gleichen Schalen stille ruhn; Und kecker rauschen die Quellen hervor, Sie singen der Mutter, der Nacht, in's Ohr Vom Tage, Vom heute gewesenen Tage. Das uralt alte Schlummerlied, Sie achtet's nicht, sie ist es müd'; Ihr klingt des Himmels Bläue süßer noch, Der flücht'gen Stunden gleichgeschwung'nes Joch. Doch immer behalten die Quellen das Wort, Es singen die Wasser im Schlafe noch fort Vom Tage, Vom heute gewesenen Tage.
Gestaag bekruipt de nacht het land, glijdt langzaam over 't heuvelland. Haar ogen zien de gouden waage staan, die tijd verdeelt, en maar laat gaan en driftig ruisen de bronnen maar door, zij zingen de vrouwe, de nacht, in 't oor van uren, van tijden, de dag van vandaag. Dit oude, oude doezellied, ze kent 't wel, maar luistert niet: zij hoort het blauwsel van de hemelboog, dat met haar als vluchtige tijd vervloog. Maar altijd weer stromen de bronnen maar door en zingen de beken al slapend in koor van uren, van tijden, de dag van vandaag.
Text Authorship:
- Translation from German (Deutsch) to Dutch (Nederlands) copyright © 2003 by Wijtse Rodenburg, (re)printed on this website with kind permission. To reprint and distribute this author's work for concert programs, CD booklets, etc., you may ask the copyright-holder(s) directly or ask us; we are authorized to grant permission on their behalf. Please provide the translator's name when contacting us.
Contact: licenses@email.lieder.example.net
Based on:
- a text in German (Deutsch) by Eduard Mörike (1804 - 1875), "Um Mitternacht"
Go to the general single-text view
Translation of title "Um Mitternacht" = "Om middernacht"This text was added to the website: 2004-01-22
Line count: 16
Word count: 98