Dutch (Nederlands) translations of Vier Duette, opus 61
by Johannes Brahms (1833 - 1897)
Return to the original list
Wir Schwestern zwei, wir schönen, So gleich von Angesicht, So gleicht kein Ei dem andern, Kein Stern dem andern nicht. Wir Schwestern zwei, wir schönen, Wir haben nußbraun Haar', Und flichtst du sie in einen Zopf, Man kennt sie nicht fürwahr. Wir Schwestern zwei, wir schönen, Wir tragen gleich Gewand, Spazieren auf dem Wiesenplan Und singen Hand in Hand. Wir Schwestern zwei, wir schönen, Wir spinnen in die Wett', Wir sitzen an einer Kunkel, Wir schlafen in einem Bett. O Schwestern zwei, ihr schönen, Wie hat sich das Blättchen gewandt! Ihr liebet einerlei Liebchen -- Jetzt hat das Liedel ein End'.
Wij zussen, twee en mooi ook, Gelijk van aangezicht, Zo lijkt geen ei op 't and're, Geen ster op net zo'n licht. Wij zussen, twee en mooi ook, Wij hebben bruinrood haar, En vouw je die tot vlecht bijeen, Geen houdt ze uit elkaar. Wij zussen, twee en mooi ook, Wij zijn gelijk gekleed, Flaneren op de wandelwei En maken samen keet. Wij zussen, twee en mooi ook, Wij spinnen als duet, Wij zitten aan één rokken En slapen in 't zelfde bed. O zussen, twee en mooi ook, De omslag is haast ongekend! Met liefde voor dezelfde minnaar Kwam snel aan 't liedje een end.
Text Authorship:
- Singable translation from German (Deutsch) to Dutch (Nederlands) copyright © 2012 by Lau Kanen, (re)printed on this website with kind permission. To reprint and distribute this author's work for concert programs, CD booklets, etc., please ask the copyright-holder(s) directly.
Lau Kanen.  Contact: boudewijnkanen (AT) gmail (DOT) com
If the copyright-holder(s) are unreachable for three business days, please write to: licenses@email.lieder.example.net
Based on:
- a text in German (Deutsch) by Eduard Mörike (1804 - 1875), "Die Schwestern"
Go to the general single-text view
This text was added to the website: 2012-10-28
Line count: 20
Word count: 106
Ach, ach, ich armes Klosterfräulein! O Mutter! was hast du gemacht! Lenz ging am Gitter vorüber, und hat mir kein Blümlein gebracht. Ach, ach, wie weit, weit hier unten Zwei Schäflein gehen im Tal! Viel Glück, ihr Schäflein, ihr sahet Den Frühling zum erstenmal! Ach, ach, wie weit, weit hier oben Zwei Vöglein fliegen in Ruh'! Viel Glück, ihr Vöglein, ihr flieget Der besseren Heimat zu!
Text Authorship:
- by Justinus (Andreas Christian) Kerner (1786 - 1862), "Klosterfräulein", appears in Gedichte, in Die lyrischen Gedichte, first published 1807
See other settings of this text.
Ik1, arme kloosterzuster! O moeder, wat heb jij gedaan! Lente passeerde de tralies, Bracht2 mij geen bloempje zelfs aan! Ach3, hoe ver, hoe ver ginds4 onder, Twee schaapjes lopen in ’t dal! Geluk, o schaapjes! Je zag toch De lente voor d’ eerste maal! Ach5, hoe ver, hoe ver ginds6 boven, Twee vogels vliegen in rust! Geluk, o vogels! Je vliegt toch Naar huis, naar een7 beet’re kust!
Text Authorship:
- Singable translation from German (Deutsch) to Dutch (Nederlands) copyright © 2012 by Lau Kanen, (re)printed on this website with kind permission. To reprint and distribute this author's work for concert programs, CD booklets, etc., please ask the copyright-holder(s) directly.
Lau Kanen.  Contact: boudewijnkanen (AT) gmail (DOT) com
If the copyright-holder(s) are unreachable for three business days, please write to: licenses@email.lieder.example.net
Based on:
- a text in German (Deutsch) by Justinus (Andreas Christian) Kerner (1786 - 1862), "Klosterfräulein", appears in Gedichte, in Die lyrischen Gedichte, first published 1807
Go to the general single-text view
View original text (without footnotes)Singable for Brahms and Schumann. Modified 2014-11-11.
1 Bij Brahms: Ach, ach, ik
2 Bij Brahms: En bracht
3 Bij Brahms: Ach, ach,
4 Bij Brahms: hier
5 Bij Brahms: Ach, ach,
6 Bij Brahms: hier
7 Naar een: bij Schumann te zingen op twee achtsten.
This text was added to the website: 2013-01-18
Line count: 12
Word count: 78
Wenn zu der Regenwand Phöbus sich gattet, Gleich steht ein Bogenrand Farbig beschattet. Im Nebel gleichen Kreis Seh ich gezogen; Zwar ist der Bogen weiß, Doch Himmelsbogen. So sollst du, muntrer Greis, Dich nicht betrüben: Sind gleich die Haare weiß, Doch wirst du lieben.
Text Authorship:
- by Johann Wolfgang von Goethe (1749 - 1832), "Phänomen", written 1816, appears in West-östlicher Divan, in 1. Buch des Sängers -- Moganni Nameh, first published 1814
See other settings of this text.
Als met de regenwand Phoebus1 zijn baan huwt, Staat plots een ronde band Kleurig beschaduwd. Ik zie eenzelfde ring In mist gebogen; Wel is de boog nu wit, Toch ‘n hemelhoge. Treur dus niet, oude pit, Om wat j’ ontriefde; Al zijn je haren wit, Toch vind je liefde.
Text Authorship:
- Singable translation from German (Deutsch) to Dutch (Nederlands) copyright © 2014 by Lau Kanen, (re)printed on this website with kind permission. To reprint and distribute this author's work for concert programs, CD booklets, etc., please ask the copyright-holder(s) directly.
Lau Kanen.  Contact: boudewijnkanen (AT) gmail (DOT) com
If the copyright-holder(s) are unreachable for three business days, please write to: licenses@email.lieder.example.net
Based on:
- a text in German (Deutsch) by Johann Wolfgang von Goethe (1749 - 1832), "Phänomen", written 1816, appears in West-östlicher Divan, in 1. Buch des Sängers -- Moganni Nameh, first published 1814
Go to the general single-text view
View original text (without footnotes)1 Phoebus: de zon. Nadere toelichting op dit gedicht: http://mpg-trier.de/d7/read/goethe_phaenomen.pdf
This text was added to the website: 2014-08-05
Line count: 12
Word count: 50
Wie viel schon der Boten Flogen die Pfade Vom Walde herunter, Boten der Treu; Trugen mir Briefchen Dort aus der Ferne, Trugen mir Briefchen Vom Liebsten herbei? Wie viel schon der Lüfte Wehten vom Morgen, Wehten bis Abends So schnell ohne Ruh; Trugen mir Küßchen Vom kühligen Wasser, Trugen mir Küßchen Vom Liebsten herzu? Wie wiegten die Halme Auf grünenden Bergen, Wie wiegten die Öhren Auf Feldern sich leis; "Mein goldenes Liebchen," Lispelten alle, "Mein goldenes Liebchen, Ich lieb' dich so heiß!"
Text Authorship:
- by Josef Wenzig (1807 - 1876), "Die Boten der Liebe", appears in Slawische Volkslieder, in 1. Böhmische Volkslieder, first published 1830
Based on:
- a text in Czech (Čeština) from Volkslieder (Folksongs) [text unavailable]
See other settings of this text.
Al hoevele boden Vlogen de paden Van ['t bosje]1 naar onder, Vliegend met zwier; Brachten mij briefjes Ginds uit de verte, Brachten mij briefjes Van de liefste naar hier? Al hoevele [windjes]2 Waaiden van 's morgens, Waaiden tot 's avonds, Zo snel en zonder rust; Brachten mij kusjes Van 't koel, helder water, Brachten mij kusjes Van de liefste met lust? Hoe wiegden de [halmpjes]3 Op groenende bergen, Hoe wiegden op velden De [halmpjes]4 zo trouw; "Mijn bloedmooie liefje" Lispelden alle, "Mijn bloedmooie liefje, Ik houd zo van jou!"
Text Authorship:
- Singable translation from German (Deutsch) to Dutch (Nederlands) copyright © 2014 by Lau Kanen, (re)printed on this website with kind permission. To reprint and distribute this author's work for concert programs, CD booklets, etc., please ask the copyright-holder(s) directly.
Lau Kanen.  Contact: boudewijnkanen (AT) gmail (DOT) com
If the copyright-holder(s) are unreachable for three business days, please write to: licenses@email.lieder.example.net
Based on:
- a text in German (Deutsch) by Josef Wenzig (1807 - 1876), "Die Boten der Liebe", appears in Slawische Volkslieder, in 1. Böhmische Volkslieder, first published 1830
Based on:
- a text in Czech (Čeština) from Volkslieder (Folksongs) [text unavailable]
Go to the general single-text view
View original text (without footnotes)1 Brahms: 't bos daar
2 Brahms: winden
3 Brahms: halmen
4 Brahms: aren
This text was added to the website: 2014-02-07
Line count: 24
Word count: 93